Mijn tantes uit Gent

Mijn tantes uit Gent

maandag 20 juni 2011

Filmrecensie Online Filmtijdschrift KUTsite


www.kutsite.com/recensie/mijn-tantes-uit-gent

“‘k Heb een tante in Marokko en die komt.” Zowat de hele naoorlogse Vlaamse bevolking heeft dit liedje tijdens de kinderjaren ontelbare keren meegezongen. In realiteit was het in de jaren 1960 en 1970 meer dan gewoon een wijsje. Ze kwamen ook echt, de Marokkanen. Voornamelijk mannen die in België en job en een betere toekomst zochten. Maar ook vrouwen waagden de sprong. Filmmakers Sofie Hanegreefs en Jelle Janssens focussen in hun jongste documentaire op drie van deze immigrantes. Drie zussen die veertig jaar geleden bij toeval in België verzeild raakten en hier met vallen en opstaan een nieuw leven opbouwden. Onder de titel Mijn Tantes uit Gent wordt hun uiteenlopende levenswandel op een ontroerende maar rake manier geschetst.
Oorspronkelijk migreerden de zussen om bij welgestelde Vlaamse families als kindermeisje aan de slag te gaan. Jemâa, de oudste, diende jarenlang trouw de familie Hoste tot het tot een pijnlijke breuk kwam. Hoewel ze bijna blind is, straalt ze een onuitputtelijke levensvreugde uit waarbij ze de blik steeds op de toekomst gericht houdt. Saâdia is de jongste en de meest rebelse. Ze is niet op haar mondje gevallen en geeft de kijker zo een onomwonden inzicht in haar bestaan als vreemde eend in de bijt. Tegelijk lijkt zij zich het meest geïntegreerd te hebben. Ze is al jaren met een Vlaamse man getrouwd en zet zich actief als vrijwilliger op haar parochie in. Het leven van Fatima staat dan weer in het teken van aloude plichten en tradities. Zij lijkt nog het meeste heimwee te hebben naar de lang vervlogen tijden in Marokko.
Mijn Tantes uit Gent roept voortdurend de spreekwoordelijke lach en traan op. De zussen charmeren door de guitige en openhartige wijze waarop ze verhalen over vroeger oprakelen. Met humor raken ze zelfs aan de donkerste periodes uit hun verblijf in België waarmee aan het licht komt dat hun leven hier bij momenten met veel kommer en kwel gepaard ging. Maar wanneer ze een reis naar hun geboortedorp ondernemen wordt duidelijk dat ze zich daar evenmin helemaal thuis voelen. De indruk groeit dat Jemâa, Fatima en Saâdia vastzitten in een catch 22: in België blijven ze migranten, voor Marokko zijn ze intussen te Westers.
Toch is dit geen droevige film. Ondanks hun momenten van verdriet blijven de zussen erg optimistische vrouwen die het beste van hun leven willen maken, los van afkomst of territorium. Ze bewijzen ook dat de rol van vrouwen in de migratiegeschiedenis niet enkel ligt in het braaf volgen van hun man naar het buitenland. Zij ruilden zelf Afrika voor Europa en begonnen hier terug van nul. Door hun ongedwongenheid gaat een grote mate van gezelligheid van de documentaire uit. De kijker schuift mee aan de theetafel en wordt in hun onderlinge verstandhouding opgenomen. Daar blijkt dat Jemâa, Fatima en Saâdia bovenal gewoon zussen zijn zoals alle andere. Ze kibbelen erop los, halen elkaar onderuit en plagen waar mogelijk. Maar niks lijkt in staat hun bloedband ooit te verbreken.

Avant-Première MIJN TANTES UIT GENT, STAM museum Bijlokesite, Gent



Was een groot succes en volledig uitverkocht !
De Centrale organiseerde op vrijdag 24 juni 2011 een extra voorstelling.